Voornaam
populariteitslijsten
english
-heid-
populariteit
verspreiding
-heid-
Germaanse naamstam, vgl. het Ndl. achtervoegsel -heid, oorspr. een zelfstandig woord, ongeveer met de betekenis `soort, geslacht, stand, persoon, aard, wezen'. Het suffix vormt vooral abstracta en is als zodanig door de mystici in de mode gekomen. Vgl. Got. haidus `wijze'; Oudhoogduits en Middelhoogduits heit `aard, wezen, rang, stand' (verwant is Du. heiter); Oudnederfrankisch heit, heide; Oudsaksisch hêd `stand, waardigheid'; Oudfries -hêd(e); Angelsaksisch hâd, Eng. -hood; Oudnoors heidhr `eer, aanzien'. Verwant is Oudindisch ketú- `glans, beeld, teken'.
Naar het overzicht van de naamstammen