Verklaring
Van Gri. chloè 'jonge scheut, het jonge groen'. De naam werd al gebruikt als epitheton (toevoegsel, bijnaam) van de Griekse godin Demeter, godin van de landbouw en de vruchten. Als zelfstandige naam is hij ook te vinden in de Bijbel, in de eerste brief van Paulus aan de Korintiërs (1, 11). Na de Hervorming kwam de naam in Engeland in gebruik, vandaaruit werd hij naar Amerika verbreid. Hij werd daar vooral bij zwarten populair (men denke aan tante Chloë in 'De Negerhut van Oom Tom'). Ook bij de pastorale dichters van de 17e en 18e eeuw was hij geliefd: Dafnis en Chloë.