Godschalk
Verklaring
Tweestammige Germaanse naam met de betekenis 'Gods knecht'. God- betekent 'god'; de naam dateert reeds uit voor-christelijke tijd, in de 6e eeuw was er namelijk een Longobardisch edelman van die naam; zie echter ook god-. Het tweede lid is -schalk 'knecht' (zie -schalk-). Vgl. Obadja. Heiligennaam: een vorst van de Wenden; gestorven 1066; kerkelijke feestdag: 7 juni. In de 12e eeuw kwam de naam uit het oosten ons land binnen, in de 13e was hij vooral populair in Dordrecht en omgeving (plaatsnaam Godschalksoord bij Oud-Beierland).