Voor de herkomst van deze vleivorm uit de kindertaal bestaan verschillende mogelijkheden: 1) van Germaanse namen met budh- 'gebieden' (zie Bode en -bod-); 2) burg- 'bescherming, burg' (zie -burg-); 3) met reductie van de l van namen met bold-, bald- 'boud, stoutmoedig' (zie -bald-). In Holland in de Middeleeuwen: Bokel. In de 16e/17e eeuw werd de naam verlatijnst tot Boccacius.